SANTIAGO DE COMPOSTELA, 13 (EUROPA PRESS)

de Voorzitter van de Xunta de Galicia, Alberto Núñez Feijóo, heeft te kennen gegeven dat Galicië wachten zal om te weten het voorstel over de copay van ambulances voor niet dringende vervoer van het ministerie van volksgezondheid in de boezem van de Inter-Raad van de nationale systemen van volksgezondheid (CISNS) om uit te drukken een positie.

nog in wat is geratificeerd is dat, voor dringend vervoer en nooddiensten, “het moet verder worden gefinancierd 100 procent” met fondsen publiek. gevraagd over de kwestie aan het einde van de wekelijkse vergadering van de Raad van de Xunta. “Dit is een aanpak die niet mij enige twijfel vanuit het oogpunt van gezondheid bieden” onderstreept

Llempó eraan herinnerd dat een interterritoriale Raad, die zal plaatsvinden is bijeengeroepen de volgende dag 20, waarin het ministerie en de andere gemeenschappen hebben zal om te geven hun mening. “natuurlijk, laten we eens kijken hoe is het voorstel om alle leden vormen de interterritoriale Raad”, heeft aangegeven out.

“wat ik geloof is dat dringende en noodgevallen vervoer heeft om door te gaan op 100% met overheidsmiddelen worden gefinancierd”, de regionale vertegenwoordiger, die heeft gevraagd om te wachten om te beslissen over een eventueel voorstel tot wijziging van de rest van niet-dringend vervoer of noodsituaties. onderstreept

“Laten we zien wat het is en vervolgens formulier advies”, het moet een Apostille te worden gehoord vóór de ratificatie van dat vervoer noodtoestand en niet dringend, “er is geen copayment” en “een zeer gegarandeerde deal” moet hebben.

Gum

volgens de ontwerp van de regering-orde waarin de verminderde bijdrage van extra gemeenschappelijke portefeuille met betrekking tot vervoer, chronische patiënten zal betalen, is afhankelijk van uw huur, 20, 40 of 120 euro per jaar maximum per niet-dringend vervoer.

de tekst weerspiegelt dat in deze patiënten, de maximale bijdrage op halfjaarlijkse basis in plaats van maandelijks zullen, hoewel hij legde uit dat hij wordt begrepen als begunstigden die voorzien in periodieke transfers voor meer dan zes maanden, met een frequentie van ten minste vier per overdracht of twee diensten van heen-en terugreis.